• Shaykhoel-islaam ‘Abdoel-‘Aziez ibn ‘Abdillaah ibn Baaz
Vraag: ‘Als ik iemand zie die een dode in zijn graf aanroept en hem om hulp vraagt – hij is dus in shirk (afgoderij) vervallen – moet ik hem dan [naar de waarheid] uitnodigen vanuit het uitgangspunt dat hij een moslim is of zou ik hem moeten uitnodigen vanuit het uitgangspunt dat hij een moeshrik (afgodenaanbidder) is, als ik hem wil uitnodigen naar Allaah –‘Azza wa Djal- en uitleg wil geven?
Antwoord: ‘Nodig hem uit door middel van een andere aanspreekvorm, noch dit (dat hij moslim is) noch dat (dat hij moeshrik is). Zeg tegen hem: “O die en die, dienaar van Allaah, deze handeling die jij hebt verricht is shirk en geen aanbidding. Dit is een handeling van de onwetende moeshrikien, een handeling van de Qoeraysh en soortgelijke.”
Dit omdat er een barrière is voor takfier over zo’n persoon en hij zou hierdoor weg kunnen blijven (van de waarheid) als jij hem in eerste instantie [op die manier] uitnodigt (d.w.z. dat hij hem aanspreekt als een moeshrik).
Ook omdat het doen van takfier op een specifieke individu een andere [kwestie] is dan de daad van shirk. De daad is shirk maar degene die hem begaat wordt niet per definitie een moeshrik. [Dit] omdat er een barrière zou kunnen zijn voor zijn takfier, [zoals] zijn onwetendheid of gebrek aan inzicht in de definities van de geleerden. En ook het uitnodigen door de stempel shirk [toe te passen] (d.w.z. hem een moeshrik noemen) waardoor hij zich afkeert. Noem hem daarom bij zijn naam en leg daarna aan hem uit dat dit een daad van shirk is.’
Vraag: ‘Wat is de correcte visie betreffende het takfier doen over een specifiek persoon?’
Antwoord: ‘Als de bewijzen die zijn koefr aantonen vastgesteld en getoond zijn, en de juiste weg is aan hem verduidelijkt maar hij blijft volharden, dan wordt hij een ongelovige. Sommigen van de geleerden zijn echter van mening dat wie in bepaalde zaken van shirk vervalt en het is niet duidelijk voor hem of hij is er onwetend over waardoor hij de werkelijkheid niet beseft. [Over hem] doen zij geen takfier totdat uitleg aan hem is gegeven en hij geleid wordt naar [de bewustwording] dat dit ongeloof en dwaling is en dat dit een daad is van de eerste moeshrikien. Als hij dan nog vol blijft houden na deze verduidelijking dan wordt hij als individu ongelovig verklaard.’
[Opmerkingen van Shaykh Ahmed az-Zahraani:] Profijten die gehaald kunnen worden uit het bovenstaande:1. Zachtheid en wijsheid in da’wah om mensen naar de waarheid uit te nodigen.
2. Het verschil tussen de daad en degene die hem verricht; de daad kan shirk zijn maar degene die hem begaat hoeft niet noodzakelijkerwijs een moeshrik te zijn omdat er een barrière kan zijn voor dit oordeel.
3. Uitleg van een aantal van de barrières om het oordeel van takfier over een persoon te vellen. Zoals bijvoorbeeld onwetendheid, gebrek aan inzicht, onduidelijkheid en misleiding [door anderen].
4. De shaykh bevestigt dat er een excuus van onwetendheid (al’oedhr bil djahl) is en dat het een voorwaarde is om het bewijs te leveren [alvorens takfier te verrichten op een specifieke individu] en deze visie komt overeen met de visies van ibn Taymiyyah, ibn al-Qayyim, de imaams van de da’wah en anderen. De uitspraken van de geleerden die wel de onwetenden excuseren in tawhied kwesties worden vermeld met de uitspraken van shaykh ibn Baaz –rahiemahoeLlaah- op andere plekken waarin hij de visie uit dat er geen excuus van onwetendheid is. Desondanks maakt hij hen niet zwart, bestempelt hij hen niet tot innoveerders of ongelovigen zoals sommigen –moge Allaah hen leiden- vandaag de dag wel doen.
5. De verduidelijking van de correcte opinie m.b.t. het verrichten van takfier op een specifieke individu en dat houdt in: het vestigen van het bewijs en het verduidelijken dat het ongeloof is in samenhang met het verduidelijken van de juiste weg (de waarheid). Als hij volhardt nadat de verduidelijking heeft plaatsgevonden dan wordt er geoordeeld dat hij een ongelovige is.
Bron: http://www.sahab.net/forums/index.php?showtopic=112909